Zo tuinier je als een impressionist

Impressionist

“Tuinieren mag nooit een gevecht zijn”, aldus hovenier, kweker en tuinschrijver Romke van der Kaa. Hij pleit voor minder werk in de tuin: maak van je gazon een wilde weide, laat onkruid de border sieren, en koester woekeraars in de voegen van je tegels of muurtjes. Tuinier als een impressionist: laat planten en bloemen fraai met elkaar mengen en kleuren in elkaar overvloeien.

Onlangs woonde ik een interessante lezing bij van Romke van der Kaa. Zijn carrière begon in de jaren zestig als tuinier in Engeland en later werd hij hoofdhovenier op een landgoed in Ierland. Terug in Nederland begon hij een kwekerij en werkte hij met Piet Oudolf, allengs werd hij meer tuinschrijver en groenjournalist. Hij wordt geroemd om zijn enorme plantenkennis.

Sinds 1994 schrijft hij als garden storyteller verschillende boeken en zijn algemene thema is het tuinieren zelf, het omgaan met planten en het kijken wat er gebeurt, het experiment. Dat spreekt mij enorm aan, want ik ben zelf een avontuurlijk tuinier, ik houd van het onderzoeken, het zien wat er gebeurt, wat er ontkiemt, hoe zich een plant ontwikkelt of totaal niet aanslaat, of wat er zich ineens aan begroeiing meldt, zonder dat ik erom vroeg of wat voor heb gedaan.

Bij mijn Groei & Bloei-kring Meppel sprak Van der Kaa onder de noemer ‘de boel de boel laten’. Daarmee doelt hij op verwilderen, makkelijker tuinieren door anders te kijken naar onkruid en gras. Tuinieren als een impressionist.

Dat kan onder andere door 3 dingen wat meer los te laten: je gazon, je borders en de voegen in je terras of muurtjes.

Impressionist
Onze eigen bloemenakker: graszodes uitgestoken met de hand (met z’n tweeën 2 dagen mee bezig geweest), vervolgens direct een bloemenmengsel uitgezaaid en nog wat zaden die ik nog had, om te kijken wat er gebeurde. Er ontstond een weelderige kleurenzee met bloei tot laat in november, met ook onkruid als perzikkruid. In maart het jaar erop bloeiden alweer de eerste planten.
  1. Ga wild met je gazon

“Tuinieren in gras is omgekeerd tuinieren. Je moet de grond verarmen, in plaats van verrijken met mest. En ook is er een flinke mentaliteitsverandering voor nodig. Alles mag blijven, onkruid bestaat niet meer”, aldus de hovenier. “Uiteindelijk heb je minder werk, want je hoeft niet meer zoveel te maaien. En nog een voordeel: je ziet ook de mol niet meer.”

“Vervolgens gebeurt er nooit wat je wilt of verwacht”, aldus Van der Kaa. Zomaar ophouden met maaien is geen garantie voor een wuivende halmenzee met wilde bloemen daartussen. Vaak is een gazon al vaak bemest en dus te ‘rijk’. Voor wilde inheemse bloemen moet de grond juist een stuk schraler zijn.

Voor wie dit allemaal heel spannend vind: je kunt het ook op een stuk beginnen en als je het resultaat niet mooi vindt, dan maai je alles gewoon weer strak. Hoog gras trekt allerlei leven aan, insecten, maar ook woelmuizen, spitsmuizen en daar komen weer hermelijnen, wezels of ringslangen op af.

Van der Kaa maakt een onderscheid tussen een bloemenweide of een bloemenakker.

Impressionist
Onze bloemenweide in de voortuin: gewoon het gras bij de slootkant laten groeien en de paardenbloemen gaan hun vrolijke gangetje.

a. Bloemenweide

Ten eerste: mensen hebben extreem poëtische voorstellingen bij het idee van een ‘bloemenweide’. Zakjes ‘bloemenweidezaad’ zorgen daarom vaak voor teleurstelling. Dat spul tussen gras zaaien heeft vaak weinig zin: graswortels zijn zo sterk, daar ontkiemen die plantjes niet zo makkelijk tussen.

Ten tweede: feitelijk is een grasland met paardenbloemen en madeliefjes en klaver al een bloemenweide.

Wil je in dat gras toch een wat verwilderd bloemenweide-idee geven, dan heeft Van der Kaa de volgende tips:

  1. Plant bollen in het gras zoals Indianenbloem (Cammassia), dichtersnarcis (Narcissus poeticus), de Thalia-narcis (Narcissus Thalia), herfstkrokus (Crocus speciosis) en saffraankrokus (Crocus sativus)
  2. Zaai de inheemse plant ratelaar in je gras. Die plant kan gras de baas, want hij parasiteert op de wortels. (tip van mij: eerst even hier en daar wat gras wegtrekken). “Geeft een verbluffend effect”, aldus Van der Kaa. “En er komen honderden hommels op af.”
  3. Plant tussen het gras:
  • duifkruid (Scabiosa)
  • pimpernel (Sanguisorba)
  • knoopkruid (Centaurea jacea)
  • vrouwenmantel (Alchemilla mollis), doet het vaak beter in gras
  • ooievaarsbekken (Geranium ‘Rozanne’ of Geranium psilostemon)
  • oranje havikskruid (Hieracium aurantiacum), een spontane verspreider
  • komkommerkruid of bernagie (Borago officinalis) eetbare bloemen
  • raketsla (Rucola) eetbare bladeren en bloemen
Impressionist
Gezien bij De Tuinkamer in Priona: een wilde bloemenakker met grassen en vele geraniums. En een mooi uitgemaaid pad om een rondje te kunnen lopen.

Onderhoud: Het is de bedoeling dat je slechts af en toe maait. Een wilde bloemenweide kun je in juni maaien (overigens: als je ratelaar hebt staan, dit pas eind juli doen, als het zich heeft uitgezaaid) en dan heb je een tweede bloei in het najaar. Vervolgens maai je in het late najaar nog een keer.

In zo’n wild grasveld kun je vervolgens paadjes uitmaaien, daar waar je maar wilt. Je kunt dit ook jaarlijks anders doen, en je kunt het ook altijd weer strak maaien als je daar zin in hebt.

b. Bloemenakker

Wil je echt een bonte boel, dan leg je een bloemenakker aan. Je spit/steekt dan gras weg met de hand of een frees en dan zaai je de kale grond in met een bestaand of zelf samengesteld bloemenmengsel. Sommige mensen laten eerst onkruid opkomen, trekken dat eruit en zaaien dan pas hun bloemenmix in. Van der Kaa raadt aan vanaf begin februari in 6 rondes te zaaien met tussenpozen van 2 weken, tot eind april.

Kies voor de traditionele klaproos (Papaver rhoeas) en korenbloem (Centaurea cyanus), margrieten (Leucanthemum vulgare). Romke van der Kaa laat een plaatje zien van een ‘nostalgisch trio’ klaproos, korenbloem en tarwehalmen, waarbij hij opmerkt dat daarbij iedere toehoorder begint te mijmeren over ‘vroeger’. “Dit is gewoon ook nu in je eigen gazon te realiseren.”

Impressionist
Onze bloemenweide midden in de zomer. Koolzaad, rucola, vergeet-me-niet, korenbloem en meer!

2. Laat onkruid zich mengen met vaste planten

Laat verrassing toe in de border tussen de vaste planten. Laat meer planten zich uitzaaien en wied minder. Sluit gewapende vrede met onkruid. Zoek de combinaties. Laat wilde margrieten en klaprozen zich uitzaaien in je border. Zelfs zevenblad, laat gewoon lekker gaan! Dat combineert uitermate goed met vrouwenmantel.

Leuke onkruiden die zich uitzaaien in je border:

  • margrieten
  • papaver commutatum ‘Ladybird’ (met zwarte stip)
  • opiumpapaver
  • smirnium (schaduw)
  • parelgras (schaduw)
  • speerdistel (insectentrekker)
Impressionist
Ook prima gedijend tussen de stenen: kruiden als rozemarijn.

3. Laat het woekeren tussen die voegen

“De verhardingsbrigade”, schampert Van der Kaa, en hij laat meewarig volledig bestrate tuinen zien. Deze mensen kiezen voor weinig onderhoud, maar uiteindelijk krijgen ze toch op een dag met onkruid tussen voegen en grind te maken. Zij (en wij) kunnen volgens hem gaan ‘voegtuinieren’.

a. Tussen grind

  • Wolfsmelk (Euphorbia characias Wulfenii)
  • Sneeuwroem (Chionodoxa), bloembolletjes
  • Schoenlappersplant (Bergenia)
  • Cyclaam (diverse soorten)

b. Tussen tegels

  • Grassen (diverse soorten)
  • Vrouwenmantel

c. In voegen van muurtjes

  • Spoorbloem (Centranthus ruber)
  • Fijnstraal (Erigeron karvinskianus)
  • Lage klokjesbloem (Campanula)
  • Schildersverdriet (Saxifraga)

Tuinieren als een impressionist

Al met al: ik hou hier van, impressionistisch tuinieren, met oog voor plant en natuur. Ik doe het zelf al, en pleit er ook voor in het boek dat ik schreef voor de KNNV Uitgeverij: Avontuurlijk Tuinieren.

Deze website houdt statistieken van uw bezoek bij. Wij gebruiken hiervoor Google Analytics, maar zonder persoonlijke gegevens door te geven. Geef hier uw keuze aan.