MAAK JE EIGEN JUNGLE * Komend weekend is het weer zover: de Nationale Tuinvogeltelling. Door met z’n allen in heel Nederland tuinvogels te tellen, krijgen de onderzoekers een beeld welke vogels in de winter onze tuinen gebruiken als leefomgeving en ook welke soorten er zijn, en of die toenemen of afnemen. Die informatie is nodig voor beschermingsmaatregelen en voorlichting. Doe je ook mee?
Van vrijdag 29 t/m zondag 31 januari 2021 kun je meedoen met de Nationale Tuinvogeltelling.
Vorige jaren zat ikzelf reikhalzend met mijn blokje voor het raam. Niet alle vogels die ik normaal in de tuin zag rondhupsen, telde ik in dat ene halfuur, maar dat doet er niet toe. Ik heb eerlijk genoteerd wat ik zag. Alles voor de wetenschap!
Eerst voeren om flink te kunnen tellen
Wil je flink wat vogels kunnen tellen, dan is voeren een must. Begin daar nu mee en houd dat vol, vogels wennen op een gegeven moment aan die plek en komen er dan terug. Op deze webpagina van de Vogelbescherming lees je meer over wat voor voer je vogels kunt geven en ook wanneer, want het hele jaar door mag je vogels eten en drinken geven.
Ik heb veel vogels in de tuin. Met name koolmezen, pimpelmezen, roodborst, winterkoning, ringmussen en merels. Ook zie ik af en toe een vink, boomklevers, boomkruipers, duiven, eksters, bonte specht en gaai. Soms klapwiekt er een grote reiger over. En zelfs hoor ik een uil ’s nachts. En in de zomer zijn er zwaluwen en in het najaar ganzen op de weilanden.
De grote tuinvogels komen vooral sinds er een voederplank staat, want daar kunnen ze goed op landen. Een geweldig gezicht. De mezen en de specht hangen aan het vetpotje. De merels komen vanaf oktober massaal af op het fruit dat van de boom vallen. Laatst telde ik er wel 9 pikkend in de oude vruchten. Ook leuk is een staand voederhuisje voor het huiskamerraam met zaad en gedroogde insecten en een zelfgemaakte vetbol aan.
Aan een oude boom heb ik een hangend huisje geschroefd, met een vogelpindakaas-houder (ik giet tegenwoordig zelf gesmolten vet met zaad in een glazen potje) en een voederplankje. Soms gooi ik wat niet meer zo frisse appels en peren in de border eronder, want die lusten met name merels, maar ook mezen graag. Al zijn ze het dolst op vet…
Zo tel je tuinvogels
Benodigd:
- 1 half uur op een van deze dagen: de laatste vrijdag, zaterdag of zondag van januari
- een notitieblokje
- eventueel een verrekijker
- een vogelchecklijst, een vogelboekje, en/of de gratis app ‘Tuinvogels’
- een fototoestel als ‘spotter en teller’ tegelijk, handig als er ineens een hele zwerm in de tuin zit die je niet zo gauw compleet telt
Telwijze:
Ga rustig zitten kijken welke vogels er voorbij komen.
- noteer alleen de vogels die echt in je tuin of op je balkon zitten/scharrelen, geen overvliegende vogels
- noteer alleen het hoogste aantal van een soort die je tegelijkertijd ziet. Dus zie je eerst 3 koolmezen tegelijk en even later 5 koolmezen bij elkaar, dan noteer je 5 koolmezen (en niet 8) want het kunnen natuurlijk weer gedeeltelijk diezelfde mezen wezen
- geef je stand door via het telformulier in de app Tuinvogels of via deze website
Als je je aanmeldt voor de telling krijg je een link naar de special ‘Vogels Voeren’ in je mailbox, met interessante weetjes en info over wat je vogels wel en niet kunt voeren. Lees zeker even door, want met goed voer lok je nog meer vogels te tuin in en kun je nog uitgebreider tellen. En dan is het ook leuk dat voeren een beetje vol te houden, want vogels zijn geweldig om naar te kijken, ook na het telweekend.
Zelf voer voor je tuinvogels maken
Ik blogde eerder over hoe je plasticvrije vogelsnacks maakt.